workshop: mobiliteit

door Pauline Rijken

In deze workshop kon iedereen zijn ervaringen vertellen over het zich verplaatsen in het verkeer. Voornamelijk het fietsen (van kinderen), de taxi en het reizen per openbaar vervoer kwamen aan de orde.

de fiets

Een familie heeft voor het jongste kind een aanhangfiets achter de eigen fiets. Het oudste kind met achromatopsie fiets hier achteraan; er wordt alleen met begeleiding gefietst. Een drukke woonomgeving bepaaldt blijkbaar ook of er alleen of onder begelieding gefietst wordt. Jorab fietste wel zelf toen hij nog in een klein dorpje woonde, maar nu hij in een drukkere omgeving woont fietst hij niet meer. Dit ook omdat hij op dit moment geen fiets meer heeft maar dat wel graag wil.

In een ander gezin is een meisje van 4 jaar met achromatopsie dat sinds september naar de basisschool gaat. Daarvoor bezocht ze de peutergroep van Visio. Zij fietst echter niet zelf.

Suzanne (13 jaar) bezocht de basisschool in Grave maar gaat nu naar het regulier onderwijs in haar buurt. Ze heeft een negatief fietsadvies en durft ook niet zelf te fietsen. Als ze een auto hoort moet ze stoppen om te zien waar die is en waar die heengaat, dat werkt natuurlijk niet. Wat ze wel doet is skeeleren op straat samen met een vriendin (goedziend). Dit is een discussiepunt thuis.

Een moeder heeft voor haar dochter een aanhangfiets thuis, die dit fantastische vindt en het echt beschouwt als haar eigen fiets. Afgelopen winter heeft ze ski-les gehad van een ski-leraar die ervaring had met slechtzienden en blinden. Blijkbaar had ze niet veel last van het licht en de reflecterende sneeuw! Ze vond het geweldig. Ze skied de berg af terwijl ze zich vasthoudt aan de rode stokken van de ski-leraar..

Matthijs (9 jaar) fietst het liefst op zijn eigen fiets, maar ook op een beschikbare tandem. Deze tandem is speciaal gemaakt bij de firma van Raam te Aalten en heeft achter een verlaagde instap (zie foto). Deze firma kan vele soorten aangepaste rijwielen en frames maken. De tandem wordt vooral gebruikt voor "haast-klussen" (op onbekend terrein) en bij ongunstige weersomstandigheden: bijvoorbeeld als er onderweg tegen de zon in moet worden gefietst. Matthijs fietst ook zelfstandig door het dorp als het daar niet te druk is en/of de lichtomstandigheden gunstig (schemer).

tandem voor een volwassene en een kind

tandem-lease plan Bartiméus Bij Bartiméus bestaat de mogelijkheid om een tandem uit te proberen om te beoordelen of dit iets is voor de thuis-situatie. Er zijn verschillende soorten tandems aanwezig. Er zijn er waar het kind vooropzit en meestuurt, maar ook waar het kind achteropzit en, net als op een gewone tandem, alleen meetrapt. Je moet even uitproberen wat je het beste bevalt. Voor die gevallen waar de gemeente de tandem niet wil vergoeden heeft Bartiméus de mogelijkheid om een tandem te leasen. Je krijgt dan eigenlijk een tandem op afbetaling: je betaalt Bartiméus ieder jaar een vast bedrag en na een aantal jaren is de tandem jouw eigendom. Tevens bestaat er de mogelijkheid om na maximaal 5 jaar de tandem om te ruilen voor een grotere. De betaling wordt dan gewoon voortgezet, maar deze grotere tandem wordt dan eigendom. Op deze manier moet je uiteindelijk wel zelf de hele tandem betalen maar het hele bedrag hoeft niet in een keer opgehoest te worden. Dit is voor de minder draagkrachtige gezinnen, die geen tandem vergoed krijgen van de gemeente, een uitkomst.

de aanhang-fiets De aanhang-fiets is een fiets zonder voorwiel. Hij bestaat uit een frame met achterwiel, zadel en stuur maar waar het voorwiel zou moeten zitten gaat een stang naar voren die bevestigd wordt aan de zadelpen van de fiets van een ouder. De ouder stuurt dus eigenlijk en het kind hoeft niet op het verkeer te letten. Het voordeel van deze fietsjes is dat het kind zelf moet fietsen en z'n evenwicht bewaren, het is voor de motoriek en gevoel voor evenwicht gunstiger dan een tandem. (hier hoeft het kind alleen maar te trappen). Deze fietsen zijn te koop bij de gewone fietshandel al vanaf ongeveer fl. 300,-. Ze zijn er in verschillende groottes, met en zonder versnellingen.

openbaar vervoer

Een mevrouw reist meestal per auto, waarbij haar man rijdt. Wel heeft ze ook een geleidekaart van de NS. Met zo'n kaart mag een gehandicapte, die zelf een gewoon kaartje koopt, gratis iemand meenemen als begeleider. In sommige musea mag je met zo'n kaart ook gratis naar binnen als begeleider.

Om zo'n kaart aan te vragen kan het beste de folder "gehandicapten" gevraagd worden aan een NS-loket. Hierin zit een formulier dat je in moet vullen en opsturen. Ervaring leert dat je bij de eerste aanvraag dit formulier heel precies en uitgebreid moet invullen om de aanvraag goedgekeurd te krijgen. Daarna moet de kaart ieder jaar opnieuw verlengd worden en kan verwezen worden naar de eerste aanvraag. Als je dit een jaar niet doet kun je de gehele procedure opnieuw beginnen. De kaart is geldig voor alle vormen van openbaar vervoer.

Een aanrader is om toch regelmatig met het openbaar vervoer te reizen, ook als je meestal je kind met de auto meeneemt. Zo leert het kind al vroeg hoe het allemaal werkt: waar informatie is te vinden etc. De drempel is dan lager als het later zelf op het openbaar vervoer is aangewezen. Hierbij blijkt de bus het grootste probleem te zijn: om te kunnen zien welke bus het is die daar aankomt moet je ze allemaal laten stoppen en dan kun je het pas zien of vragen. Dit wordt niet door alle bus-chauffeurs en passagiers gewaardeert! Ook zijn sommige bus-stations tegenwoordig zo onoverzichtelijk dat het voor een slechtziende een hele toer is om uit te vinden waar de goede bus zal gaan stoppen. Om van lichtbord-informatie maar niet te spreken. Daarop krijg je, als er een bus aan komt, te zien welke het is en waar (perron) hij zal stoppen, als je dit niet kan lezen ben je dus aardig de klos. Trein, tram en metro zijn goed te doen: informatie kun je met een verrekijkertje goed lezen. Bovendien verdwijnen deze transportmiddelen niet zomaar van de rails dus je kunt goed zien waar ze aan gaan komen en vertrekken.

de taxi

Wanneer reizen per taxi groepsvervoer betreft worden een heleboel adressen bezocht. Als je de eerste bent die wordt afgehaald duurt het een tijdje tot je op weg gaat naar je eindbestemming. Je reistijd is dan dus vaak onnodig lang en bovendien is het een hele toer om op de goede tijd op een afspraak te arriveren. Vergoedingen van taxi-vervoer moet je aanvragen via WVG. Dit is een heel gedoe en het gaat vaak mis.

 

Ga naar

  • workshop hulpmiddelen
  • workshop diagnose
  • hoofdverhaal